De Veel van onze inspanningen zijn er op gericht het de koeien zoveel mogelijk naar de zin te maken: lekker en voldoende voer, een ruime en comfortabele stal, en lekker de wei in zodra het kan.
Als biologisch bedrijf kiezen we met de fokkerij voor een gezonde, robuuste en sobere koe. Dat is niet per se de koe met de hoogste melkproductie, maar het is een koe die gezond is, en een koe die goed kan omgaan met het relatief structuurrijke gras dat in onze kruidenrijke weilanden groeit.
In dit filmpje zie u hoe de koeien op 7 april 2023 weer voor het eerst naar buiten mochten.
De kalveren en de pinken
Om melk te geven krijgen alle koeien elk jaar een kalfje. Van deze nieuwe aanwas blijft ongeveer een derde op het bedrijf, oftewel zo’n driekwart van alle vrouwelijke kalveren. Zo’n vrouwelijk kalf noemen wij een ‘kuisje’.
Slechts bij uitzondering blijft een mannelijk kalf – een stiertje – op het bedrijf. Dit doen wij bijvoorbeeld als het kalf genetisch gezien uit kan groeien tot een goede fokstier.
De kuisjes groeien op om uiteindelijk de nieuwe generatie melkkoeien te worden. In de leeftijd van 0 – 1 jaar noemen we deze dieren kalveren. Van 1 – 2 jaar noemen we het ‘pinken’. In het derde levensjaar, gemiddeld zo rond 2 jaar en 2 maanden, krijgen ze hun eerste kalf.
Een eerstekalfskoe (een koe die in haar leven tot nog toe 1 kalf heeft gekregen) heet een ‘vaars’, een tweedekalfskoe heet een ‘schot’, daarna zijn de bijnamen op, en heet de koe gewoon koe.
De kalveren blijven op ons bedrijf vaak de eerste dagen bij de moeder. Dan worden ze gescheiden. Het kalf verhuist naar een eenlingbox (te vergelijken met een wiegje bij mensen). Op dit moment zijn de kalveren nog niet sociaal, en zijn ze vooral gericht op melk drinken en slapen. Het kalf leert uit de emmer drinken.
Na een week in de eenlingbox zetten we het kalf in een strohok met andere kalfjes. Daar blijven ze een maand of 2, en daarna verhuizen ze met elkaar naar de ligboxen. Dit is een loopstal, met roostervloer en ligboxen waar ze naar keuze in kunnen gaan liggen. Dit lijkt op de huisvesting van de volwassen koeien, alleen met kleinere maatvoering.
Overigens bevinden de eenlingboxen, de strohokken en de jongvee-ligboxen zich alle in dezelfde stal, waar ook de volwassen koeien komen. Dus hoewel moederkoe en kalf gescheiden zijn, zien ze elkaar nog wel steeds.
Afhankelijk van het seizoen gaat het jongvee ook naar buiten, de wei in. De jongste kalveren moeten dan nog wennen aan verschijnselen als een sloot, een hek, en bijvoorbeeld ook: schrikdraad.
Wanneer de pinken circa 1 jaar en 4 maanden oud zijn, krijgen ze bezoek van de stier. Bij de volwassen koeien maken we meestal gebruik van kunstmatige inseminatie, maar bij de pinken meestal niet.